KATJANGSAUS (PINDASAUS)
1 eetlepel margarine
1 kleine ui, heel fijngesneden
2 teentjes knoflook, fijngeperst
1 theelepel kentjoer
½ theelepel goela djawa (bruine suiker)
4 à 6 eetlepels pindakaas
santen (plak van 1 centimeter) of ¼ liter melk
zout
sambal oelek naar smaak
Ui, knoflook en kruiden licht in de margarine fruiten. De pindakaas toevoegen en al roerende telkens een klein scheutje water erbij doen, tot de saus licht gebonden is. Nu eventueel nog wat zoet en sambal naar smaak. De santen erin laten smelten, of als u melk gebruikt deze na de pindakaas toevoegen en daarna zonodig nog wat water. Pindasaus op een spaarbrander warm houden, omdat deze saus gemakkelijk aanbrandt.
4 personen
gebied : Indonesië
gerechtsoort : saus
bron : De rijsttafel thuis : Indonesische en Chinese gerechten / A. G. J. Flach-te Velde en T. de Lang-van Vugt
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten