ABRIKOZEN SABAYAH (PLATBROOD MET ABRIKOZEN)
Aan dit klassieke recept voor Somalisch platbrood, sabayah, kan naar wens een vulling worden toegevoegd, bijvoorbeeld van courgette en koriander, zoete aardappel of bloemkool en komijn. Deze zoete versie, met gedroogde abrikozen, is heerlijk met thee bij het ontbijt.
175 milliliter warm water
240 gram bloem
½ theelepel zout
5 eetlepels suiker
50 gram gesmolten boter
12 gedroogde abrikozen, geweekt
olie, om het deeg tijdens het vouwen te bestrijken
1 theelepel kaneel
Meng in een kom het water, de bloem, het zout, een eetlepel van de suiker en de boter tot een eeg. Kneed dit 15 minuten op een met bloem bestoven werkvlak, dek het af en laat het 2 uur rusten.
Giet de abrikozen af en snijd ze klein. Kneed dan het deeg 2 minuten door en verdeel het in vier stukken. Bestuif deze met bloem en maak ze iets plat. Rol elk stuk uit tot een lap van ¼ centimeter dik, bestrijk ze met olie en bestrooi ze met stukjes abrikoos. Vouw de stukken tot een envelopje en zet ze apart. Druk de stukken deeg weer plat, tot ze zo dik zijn als hiervoor.
Verwarm een koekenpan op matig vuur en vet hem in met olie. Leg er dan steeds één sabayah in en bak deze 30 seconden. Bestrijk hem met olie, zet het vuur laag en oefen voorzichtig druk uit op de sabayah, zodat de bodem gelijkmatig bruin kleurt; dit duurt 5 minuten. Keer het platte brood om en bak de andere kant goudbruin. Neem de sabayah uit de pan en leg hem op keukenpapier. Meng tot slot de suiker met de kaneel.
Bestrooi de sabayahs met kaneelsuiker en serveer ze warm.
4 - 6 personen
gebied : Somalië
gerechtsoort : ontbijtgerecht
bron : Het nieuw Afrikaans kookboek / Ingmar Niezen & Sean Fitzpatrick
maandag 13 juli 2020
Mofo Gasy (Madagaskar)
MOFO GASY (ZOETE RIJSTCAKEJES)
Deze rijstcakejes lijken wel wat op kleine pannenkoeken, maar hebben een volle gistsmaak. In Madagaskar worden ze in speciale pannen gemaakt en boven open houtskool gebakken. Maar alleen een ervaren kok kan ze goed omkeren! In een muffinblik in de oven worden ze echter bijna net zo lekker.
150 gram bruinerijstmeel (verkrijgbaar in de natuurvoedingswinkel)
60 gram suiker
zout
1 ei
150 milliliter water
2 theelepels (5 gram) gedroogde gist
4 eetlepels zonnebloemolie, om in te vetten
Meng het rijstmeel, de suiker en een snufje zout in een grote kom. Klop het ei met het water erdoor en roer alles tot een dik en romig mengsel. Strooi de droge gist erover en roer die erdoor. Dek de kom af en zet hem op een warme plaats, tot het beslag in omvang is verdubbeld; dit duurt 30 minuten. Verwarm de oven voor op 220°C en vet de holtes van het muffinbakblik in. Laat in elke holte lepels beslag vallen tot ze voor de helft zijn gevuld. Bak de cakejes 10 minuten in de oven. Neem het blik eruit en bestrijk de cakejes met een beetje olie. Keer ze om en bak ze nog 5 minuten.
Serveer de cakejes warm met boter en honing.
Voor 12 stuks
gebied : Madagaskar
gerechtsoort : gebak
bron : Het nieuw Afrikaans kookboek / Ingmar Niezen & Sean Fitzpatrick
Deze rijstcakejes lijken wel wat op kleine pannenkoeken, maar hebben een volle gistsmaak. In Madagaskar worden ze in speciale pannen gemaakt en boven open houtskool gebakken. Maar alleen een ervaren kok kan ze goed omkeren! In een muffinblik in de oven worden ze echter bijna net zo lekker.
150 gram bruinerijstmeel (verkrijgbaar in de natuurvoedingswinkel)
60 gram suiker
zout
1 ei
150 milliliter water
2 theelepels (5 gram) gedroogde gist
4 eetlepels zonnebloemolie, om in te vetten
Meng het rijstmeel, de suiker en een snufje zout in een grote kom. Klop het ei met het water erdoor en roer alles tot een dik en romig mengsel. Strooi de droge gist erover en roer die erdoor. Dek de kom af en zet hem op een warme plaats, tot het beslag in omvang is verdubbeld; dit duurt 30 minuten. Verwarm de oven voor op 220°C en vet de holtes van het muffinbakblik in. Laat in elke holte lepels beslag vallen tot ze voor de helft zijn gevuld. Bak de cakejes 10 minuten in de oven. Neem het blik eruit en bestrijk de cakejes met een beetje olie. Keer ze om en bak ze nog 5 minuten.
Serveer de cakejes warm met boter en honing.
Voor 12 stuks
gebied : Madagaskar
gerechtsoort : gebak
bron : Het nieuw Afrikaans kookboek / Ingmar Niezen & Sean Fitzpatrick
Patsa - Be Lily (Madagaskar)
PATSA - BE LILY (GEDROOGDE GEZOUTEN GARNALEN EN AARDAPPELS IN PITTIGE TOMATENSAUS)
De uitnodigende geur van dit pittige tomaten-garnalengerecht is bijna net zo lekker als de smaak. Dit is een familierecept van Lily Raharivola, restaurateur en kok uit Madagaskar.
1 kilogram garnalen
2 theelepels zout
1 limoen, schoon geschrobd
2 teentjes knoflook
9 eetlepels olie
2 grote uien, gepeld
stukje gemberwortel van 2 centimeter, geschild
1 rode peper
8 rijpe tomaten
1 theelepel komijnpoeder
4 middelgrote aardappels (450 gram)
zout
Verwarm de oven voor op 150°C. Verwijder van elke garnaal het darmkanaal (de donkere ader); houd de koppen intact. Doe de garnalen in een pan kokend water, giet ze meteen weer af en dep ze droog met keukenpapier. Bestrooi ze met het zout, leg ze op een bakplaat en laat ze 30 minuten in de oven drogen. Hierdoor krijgen ze een diepere smaak en een goed stevige textuur. Haal ze uit de oven en schep ze in een kom.
Rasp de limoenschil en pers de vrucht uit. Pers de knoflook en meng hem met de limoenrasp en het -sap en 2 eetlepels olie. Roer deze marinade door de garnalen en meng alles goed. Snijd de uien in ringen, rasp de gemberwortel en snijd de peper en de tomaten klein. Verhit een grote pan met 4 eetlepels olie op matig vuur en bak daarin de uien zacht en goudbruin. Voeg dan de gember, de peper en het komijnpoeder toe en bak ze een paar minuten mee. Roer de tomaten erdoor. Voeg zout naar smaak toe en breng alles aan de kook. Dek de pan af en kook het geheel 20 minuten onder af en toe roeren; voeg nog wat water toe als de saus te dik wordt.
Schil intussen de aardappels en snijd ze in plakken van ½ centimeter. Schep nu de tomatensaus uit de pan en doe er 2 eetlepels olie in. Leg de plakjes aardappel in de pan en verdeel de garnalen en de saus erover. Sprenkel tot slot de resterende olie over de tomatensaus en laat de aardappel afgedekt op het vuur in 20 minuten net gaar worden.
Heerlijk met gestoomde witte rijst en kort gekookte sperziebonen.
4 - 6 personen
gebied : Madagaskar
gerechtsoort : hoofdgerecht
bron : Het nieuw Afrikaans kookboek : Ingmar Niezen & Sean Fitzpatrick
De uitnodigende geur van dit pittige tomaten-garnalengerecht is bijna net zo lekker als de smaak. Dit is een familierecept van Lily Raharivola, restaurateur en kok uit Madagaskar.
1 kilogram garnalen
2 theelepels zout
1 limoen, schoon geschrobd
2 teentjes knoflook
9 eetlepels olie
2 grote uien, gepeld
stukje gemberwortel van 2 centimeter, geschild
1 rode peper
8 rijpe tomaten
1 theelepel komijnpoeder
4 middelgrote aardappels (450 gram)
zout
Verwarm de oven voor op 150°C. Verwijder van elke garnaal het darmkanaal (de donkere ader); houd de koppen intact. Doe de garnalen in een pan kokend water, giet ze meteen weer af en dep ze droog met keukenpapier. Bestrooi ze met het zout, leg ze op een bakplaat en laat ze 30 minuten in de oven drogen. Hierdoor krijgen ze een diepere smaak en een goed stevige textuur. Haal ze uit de oven en schep ze in een kom.
Rasp de limoenschil en pers de vrucht uit. Pers de knoflook en meng hem met de limoenrasp en het -sap en 2 eetlepels olie. Roer deze marinade door de garnalen en meng alles goed. Snijd de uien in ringen, rasp de gemberwortel en snijd de peper en de tomaten klein. Verhit een grote pan met 4 eetlepels olie op matig vuur en bak daarin de uien zacht en goudbruin. Voeg dan de gember, de peper en het komijnpoeder toe en bak ze een paar minuten mee. Roer de tomaten erdoor. Voeg zout naar smaak toe en breng alles aan de kook. Dek de pan af en kook het geheel 20 minuten onder af en toe roeren; voeg nog wat water toe als de saus te dik wordt.
Schil intussen de aardappels en snijd ze in plakken van ½ centimeter. Schep nu de tomatensaus uit de pan en doe er 2 eetlepels olie in. Leg de plakjes aardappel in de pan en verdeel de garnalen en de saus erover. Sprenkel tot slot de resterende olie over de tomatensaus en laat de aardappel afgedekt op het vuur in 20 minuten net gaar worden.
Heerlijk met gestoomde witte rijst en kort gekookte sperziebonen.
4 - 6 personen
gebied : Madagaskar
gerechtsoort : hoofdgerecht
bron : Het nieuw Afrikaans kookboek : Ingmar Niezen & Sean Fitzpatrick
Somalisch gerecht (Somalië)
SOMALISCH GERECHT
Dit naamloze gerecht kreeg Margriet van Zwieten, vrijwilliger bij VluchtelingenWerk op van de Somalische Istahil Khalif Yusuf, die ook ooit een avond in restaurant De Kolonie in Veenendaal verzorgde. Serveer dit gerecht met verse sla.
1 kilogram basmatirijst
4 eetlepels olie
2 bouillonblokjes
4 uien
4 teentjes knoflook
2 kilogram schapenvlees (schouder)
1 theelepel komijn
selderij
zout
Doe het vlees in een pan die voor de helft is gevuld met water (de kooktijd is afhankelijk van de leeftijd van het schaap). Als het schapenvlees niet al te oud is, dan moet het zo’n vijf kwartier koken op een zacht vuurtje.
Zet een andere pan op een zacht vuurtje. Doe daar de olie in, 2 gesnipperde uien, de fijngeperste knoflook en de komijn. Doe de bouillonblokjes erbij, roer goed en voeg dan de rijst toe. Laat dit al roerend in 3 minuten goed doorwarmen.
Zeef dan de bouillon die je van het schapenvlees hebt getrokken en giet die met het zout bij de rijst. De rijst is in 18 minuten gaar.
Ontbeen het schapenvlees, leg het in een ovenschotel met een beetje zout erover en zet de schotel gedurende 8 minuten in een oven van 200°C, tot het vlees een beetje bruin ziet. Dien rijst en vlees afzonderlijk op.
10 personen
gebied : Somalië
gerechtsoort : vleesgerecht
bron : Gastvrijheid met een snufje heimwee : Vluchtelingen, restaurants en recepten / Christel Jansen
Dit naamloze gerecht kreeg Margriet van Zwieten, vrijwilliger bij VluchtelingenWerk op van de Somalische Istahil Khalif Yusuf, die ook ooit een avond in restaurant De Kolonie in Veenendaal verzorgde. Serveer dit gerecht met verse sla.
1 kilogram basmatirijst
4 eetlepels olie
2 bouillonblokjes
4 uien
4 teentjes knoflook
2 kilogram schapenvlees (schouder)
1 theelepel komijn
selderij
zout
Doe het vlees in een pan die voor de helft is gevuld met water (de kooktijd is afhankelijk van de leeftijd van het schaap). Als het schapenvlees niet al te oud is, dan moet het zo’n vijf kwartier koken op een zacht vuurtje.
Zet een andere pan op een zacht vuurtje. Doe daar de olie in, 2 gesnipperde uien, de fijngeperste knoflook en de komijn. Doe de bouillonblokjes erbij, roer goed en voeg dan de rijst toe. Laat dit al roerend in 3 minuten goed doorwarmen.
Zeef dan de bouillon die je van het schapenvlees hebt getrokken en giet die met het zout bij de rijst. De rijst is in 18 minuten gaar.
Ontbeen het schapenvlees, leg het in een ovenschotel met een beetje zout erover en zet de schotel gedurende 8 minuten in een oven van 200°C, tot het vlees een beetje bruin ziet. Dien rijst en vlees afzonderlijk op.
10 personen
gebied : Somalië
gerechtsoort : vleesgerecht
bron : Gastvrijheid met een snufje heimwee : Vluchtelingen, restaurants en recepten / Christel Jansen
Abonneren op:
Posts (Atom)